Inheemse plantensoorten
Veel van de planten die we als ‘storend’ ervaren, zijn inheems en komen al eeuwenlang voor in onze omgeving. Ze groeien vaak op plekken waar de grond verstoord is, als eerste pioniers. En ze komen natuurlijk niet alleen voor ons van pas. Ook insecten, vogels en andere dieren hebben er veel baat bij.
Veelvoorkomende eetbare ‘onkruiden’
Hieronder een greep uit de planten die je misschien nu al in je tuin of buurt hebt staan, zonder te weten dat ze eetbaar zijn. Je kunt ze dus heel makkelijk vinden en wildplukken!
Paarse dovenetel
Een mooie paarse bloeier die vaak als eerste opduikt in het voorjaar. De jonge topjes zijn eetbaar, mild van smaak en doen het goed in salades of een groene smoothie.
Klaproos en klaver
Beide zie je vaak in gazons. Klaverblaadjes kun je rauw eten of meekoken in soep. Klaproosblaadjes zijn bitter, maar eetbaar, en de bloemblaadjes kun je decoratief gebruiken.
Madeliefjes
Niet alleen lief en klein, maar ook eetbaar. Voeg ze toe aan salades voor een vrolijke toets. De jonge blaadjes zijn mild van smaak, de bloemetjes licht nootachtig.
Paardenbloem
Misschien wel het meest gehate tuinplantje, maar waarom eigenlijk? Want wat een veelzijdige krachtpatser! De bladeren zijn een beetje bitter (zoals rucola), de bloemen kun je verwerken in siroop of gelei en de wortel wordt zelfs geroosterd als koffiesurrogaat.
Ook zijn paardenbloemen ontzettend belangrijk voor vlinders en bijen, laat ze dus vooral staan!
Ganzenvoet (of melde)
Lijkt op spinazie en kan ook zo worden bereid. Je kunt het rauw eten in kleine hoeveelheden, of kort stomen of roerbakken. Deze plant zit vol mineralen.
Zevenblad
De nachtmerrie van menig tuinierder, vandaar de bijnaam 'tuindersverdriet'. Maar wie de jonge blaadjes eet, wordt beloond met een peterselie-achtige smaak. Heerlijk in pesto, stampot of soep.
Van ergernis naar overvloed
Veel eetbare ‘onkruiden’ zijn juist rijk aan voedingsstoffen en komen uit zichzelf op vertelt Tessa. Je hoeft er niets voor te doen, behalve ze leren te herkennen. Ze groeien hard en zijn soms lastig in toom te houden. Maar als je toch gaat wieden, waarom dan niet ook meteen een portie vers groen voor in de keuken meenemen?
Zo kun je verstandig wildplukken
Volgens Tessa moet je alleen wildplukken als je zeker weet wat je voor je hebt. Sommige planten lijken op elkaar, en niet alles is eetbaar. Gebruik een goed herkenningsboek of volg een wildplukworkshop. Pluk met mate en laat voldoende staan voor bijen, vogels en de volgende plukronde. Zo wordt je tuin een bron van voeding en biodiversiteit.
Bron: Moedertje Groen


